Het gevaar van de Hennes
Eerder vertelde ik al dat ik genetisch helaas een zeer ongerust mens ben. Koppel dat aan het moederschap van twee katten en je hebt een meisje wier hart vele malen per week een paar slagen mist van stress.
Sam en Oscar zijn er, altijd. Als ik thuiskom; ze zijn er. Of ze komen als ik ze lok met voedsel. De laatste tijd zijn ze er echter ècht altijd omdat ze het veul te koud vinden buiten. Te koud en te nat. Ze dommelen de dagen door op her en der verspreide kattenkussens en af en toe wijst een stuk aangevreten kaas of een grote pluk uitgerukt kattenhaar op activiteit hunnerzijds tijdens mijn afwezigheid. Als ik thuiskom; Oscar kijkt me bijdehand aan door het traphekje, Sam blijft wat meer op de achtergrond. Ze zijn er.
Vanavond grote leegte bij het traphekje. Mijn hart sloeg over. Ik riep. Geen katten. Ik kirde. Geen katten. Ik rammelde met bakjes. Geen katten. In de woonkamer trof ik de resten van mijn verder vernielde extreem dure mooie chique designlamp. Hij telde eerst 12 flessen, inmiddels 8. Vannacht sneuvelde er 1, en vandaag overdag blijkbaar nog een fles stuk. De stukke fles lag in vervaarlijk scherpe glasscherven op de grond.
'Mijn god!' dacht ik, 'Katten kruipen altijd in een hoekje om zielig alleen te sterven! Ik moet nu het bloedspoor volgen!' Geen bloedspoor. 'Misschien begon het pas te bloeden toen ze de glasscherf in hun halsslagader probeerden eruit te krabben!' dacht ik, 'Ik moet zoeken naar arterial spray op de muur!' En ja, ik kijk teveel CSI, dat ik weet wat arterial spray is.
Mijn hart miste vele vele slagen terwijl ik alle rampscenario's doordacht. Mijn rokken bijeen graaiend holde ik ademloos de trap op, zoals heldinnen in kasteelromans dat plegen te doen. Oscar kwam geeuwend uit de werkkamer. 'Wat loop je te stressen, muts. Ik had gewoon nog geen honger, want ik heb vandaag een hele homp geitenbrie gegeten,' las ik in zijn oogjes. In de slaapkamer hoorde ik iets ritselen. Angstig stak ik mijn hoofd om de deur, bedacht op arterial spray. In plaats daarvan scharrelde Sam tevoorschijn. Sam, met een plastic tasje van de Hennes om zijn nek en voorpoot geknoopt. Die tasjes hebben van die fijne plastic linthandvatten, als je snapt wat ik bedoel. Dat handvat zat - inmiddels half doorgekauwd - om zijn nek en onder zijn linker voorpoot door, als de messengerbag van een modische homo.
Wellicht is Sam homo, zou zomaar kunnen. Van modischheid kan ik hem echter niet betichten. Het arme beest heeft zich waarschijnlijk de hele dag uit zijn modische val geprobeerd te knagen.
Ik voel me een ontaarde moeder. Wèl een goedgeklede, getuige het feit dat het tasje niet van de Etam was.
1 opmerking:
Wat een heerlijk verhaal, en wat heerlijk dat iemand eindelijk handVATTEN schrijft, in plaats van handVATEN! Dankjewel.
Céline
Een reactie posten