15 april 2007

Straatnieuws

Buiten mijn buurtsuper staat een straatnieuwsverkoper. Ik geef hem nooit geld, koop nooit een krant. Wèl groet ik hem altijd, met veel oogcontact en glimlach; zo heb ik dat geleerd. Hij groet me steevast terug en wenst me een fijne middag, fijne avond, fijn weekend of fijne feestdagen. Laatst kwam ik hem tegen in de stad, zonder stapeltje kranten in de hand. 'Verrek, dat is mijn buurtsuperstraatnieuwsmeneer!' dacht ik bij mezelf, en groette hem. Hij groette glimlachend terug.

Wij zijn heel dik met elkaar, straatnieuwsmeneer en ik. Dat komt omdat ik ten tijde van gebroken enkel ineens veel gebruik maakte van de buurtsuper. Mijn gifgroene gipsen been heeft heel wat rondjes buurtsuper gemaakt op zoek naar pakken melk of zakken troostchips. De eerste keer dat ik zonder krukken mankepotend aankwam, keek straatnieuwsmeneer me extra verheugd aan. De eerste keer dat ik zonder gips liep, voelde ik zijn ogen even langs mijn intens witte intens harige intens dunne beentje glijden. Hij knikte, en ik dacht een vleugje 'Nounou!' te bespeuren in zijn blik.

Ik ben weer thuis. Officieel thuis deze keer. Mijn eerste bezoek aan de buurtsuper liet niet lang op zich wachten. Met één kruk hobbelde ik langs de schappen en langs vele buren, die ik allemaal moest uitleggen wat er nou precies gebeurd was. En die allemaal aanboden een sleutel voor me te bewaren. Dat ik mijn heup heb gebroken is tot daar aan toe, maar dat die deur ook nog eens stuk moest! Dat is in het collectieve buurtbewustzijn toch echt een stap te ver.

Ik legde aan buren en caissières uit, met grote gebaren. Keek een beetje zielig. Dan weer heel flink en dapper. Mat met mijn kruk de hoogte waarvandaan ik viel. Haalde de schouders op. Zei "Jaja. Voortaan maar voorzichtiger doen ja. Jaja. Het is wat allemaal. Maar gelukkig is het mooi weer!" Ik was mij zeer bewust van de straatnieuwsmeneer, die zich in mijn dode hoek bevond. Terwijl ik gebaarde en dapper keek naar caissière Olga, voelde ik de schim van zijn aandacht. Ik hoorde hem de oren spitsen. Medeleven weerklonk in zijn ademhaling.

Mijn pak melk in de tas en nog nalachend met Olga hoorde ik zacht "Tot ziens. Fijne middag." Op een 'Goh, wat ben je toch een dapper meisje, en wat sneu van al dat brokkenpiloten, en ik leef heel erg met je mee, als ik ook maar iets voor je kan doen hoor ik het graag, sleutel bewaren misschien?'-achtige manier.

We zijn heel dik met elkaar, straatnieuwsmeneer en ik.

1 opmerking:

Anoniem zei

Jeetje! Dus jij groet straatnieuwsmeneren? Ik vind ze altijd veel te eng..