30 januari 2007

Testament

Trots liet mijn vader zijn nieuwe hardloopschoenen zien. Grote zilver-oranje gevaartes met maagdelijk witte veters. Hij zette ze op de eettafel en zei:
"Ik kan er 1500 kilometer op lopen, ongeveer, zei hij," en "Ja, nu ga ik maar hardlopen in Gstaad, nu alles zo groen als gras is. We hebben een groene skivakantie voor de boeg, denk ik," en "Ik baal ontzettend dat ik niet meer kan roeien nu, met die peesontsteking."

Mijn ouders hebben een fenomenaal leuk huwelijk. Pa roeit drie keer in de week en is pas afgestudeerd. Mama vertelde over de expositie waar ze vandaag was geweest en het boek dat ze laatst heeft gelezen. Ze komen elke dag samen aan de eettafel en wisselen dan verhalen uit over hun dag. Hun dag besteden ze namelijk zelden samen. Niks te geraniums, voor mijn ouders.

Toen: "Je moet er even over nadenken of jij executeur testamentair wilt zijn, of dat we daar iemand anders voor aanwijzen. En wie je dan wilt dat we aanwijzen."
Mijn ouders herzien namelijk hun testament, en wilden mij over een aantal dingen raadplegen. Vandaar dat ik vandaag aanschoof aan de eettafel.

"Vind je dat we oud worden?" vroeg mama, toen pa even de kamer uit was. Ik moest heel diep nadenken. Oud zijn ze niet. Wel ouder dan vroeger. Met af en toe kleine en soms grotere gebreken. Alleen dat testament, dat maakt het ineens wel een beetje eng en dichtbij.
"Stel nou dat we in een vliegtuig zitten naar Mozambique en neerstorten. Zou zomaar kunnen. Hoe zullen we het dus doen met dat testament?"

Ik zeg: Lieve ouders. Maak alsjeblieft al het geld op. Aan vakanties, musea, nieuwe studies en hardloopschoenen. Want zo lang die hardloopschoenen nog op tafel staan, zijn jullie lang niet oud. En hoef ik me geen zorgen te maken.
Alleen vliegen naar Mozambique, misschien kunnen jullie dat maar beter laten.

Geen opmerkingen: